Want geen ding zal bij God onmogelijk zijn. Lukas 1 : 37. (1)
De engel Gabriël werd in de zesde maand door God uitgezonden naar een stad in Galiléa,
Názareth. De zesde maand waarin Elizabet zwanger was. Ook bij Elizabets man, Zacharias was deze engel gekomen met de boodschap, 'uw gebed is verhoord, en uw vrouw Elizabet zal u een zoon baren. En hij zei nog meer over deze zoon Johannes. Maar Zacharias kan het niet geloven en brengt er tegenin:'Waarbij zal ik dit weten? Want ik ben oud, en mijn vrouw is ver op haar dagen gekomen.' Dan stelt de engel zich voor: Ik ben Gabriël, die voor God sta, en ben uitgezonden, om tot u te spreken, en u deze dingen te verkondigen. En omdat Zacharias de boodschap niet gelooft krijgt wordt hem het zwijgen opgelegd, hij zal niet kunnen spreken tot op de dag, dat zijn zoon geboren is.
Zacharias en Elizabet hebben gebeden, waarschijnlijk jaren lang en ze dachten dat God hun voorbij ging. En dan wanneer ze het niet meer verwachten, het menselijk onmogelijk is, komt God, die Zijn boodschapper uitzendt en laat zeggen, dat Zacharias gebed verhoort is.
Zijn vrouw Elizabet zal een zoon baren. En hij krijgt een belangrijke taak.
Zoveel gebeden en nu de vervulling er is, kan hij het niet geloven, totdat hij werkelijk zal zien, dat zijn zoon geboren wordt. Het was een grote genade, dat Gods woorden vervuld zouden worden, ondanks Zacharias zondig wantrouwen.
Het ongeloof van de mens zal de beloften van God niet te niet doen! Wat Hij beloofd zal Hij doen op Zijn tijd. En dat doet Hij nog!
Maar inmiddels komt de engel Gabriël bij Maria, een maagd, ondertrouwd met Jozef, uit het huis van David. En de engel begroet haar: Wees gegroet, gij begenadigde, de Heere is met u; gij zijt gezegend onder de vrouwen. Maria is erg ontroerd en denkt, wat zal hij hier mee bedoelen? Maar het antwoord komt al: 'Vrees niet, Maria, want gij hebt genade bij God gevonden. En gij zult bevrucht worden en een Zoon baren, en zult Zijn naam noemen JEZUS. Hij zegt nog veel meer over Jezus. En Maria vraagt hoe dat zal zijn, omdat ze nog niet getrouwd is. Maar ook dat legt de engel Gabriël aan haar uit, dat de Heilige Geest over haar komen zal en de kracht van de Allerhoogste haar overschaduwen zal en dat daarom ook, dat Heilige, Dat uit haar geboren zal worden Gods Zoon genaamd zal worden.
Dan vertelt de engel ook dat Elizabet, haar nicht zwanger is van een zoon in haar ouderdom. En dat ze in de zesde maand is.
En dan voegt hij er aan toe. 'Want geen ding zal bij God onmogelijk zijn.'
Hoe reageert Maria?
Ook in ongeloof zoals Zacharias?
Nee, ze zegt: 'Zie, de dienstmaagd des Heeren; mij geschiede naar uw woord.' En de engel ging weg van haar.
Voor God is niets onmogelijk. Geen ding, ook dit niet.
Geen woord van God moet ongelofelijk zijn voor ons.
Niets, maar dan ook niets is voor God onmogelijk.
Hoe vaak leidt de Heere ons door een weg van onmogelijkheden.
We bidden, we klagen....
Maar God verlangt van Zijn kinderen geloof en vertrouwen.
'Vader ik kom tot U, ik weet het niet meer hoe het verder moet, maar U weet het wel.
Het volk Israël stond voor de Rode Zee en achter hun kwamen hun vijanden de Egyptenaren. Er was maar één uitweg en dat was omhoog. Geloof en vertrouwen, dat U, o God, het wel wist. Maar zo reageerde het volk niet. En hoe ben ik Heere? Geef mij geloof en vertrouwen in U alleen.
Want bij U is niets onmogelijk! Ik weet Heere, dat alles van ons weg moet vallen en dat we het werkelijk alleen in Uw handen geven. Dan kan U er mee aan het werk. Dan verwachten we het van U alleen. En dan zal ook U alleen de eer krijgen.
Vermeerder dan mijn geloof in U en dat ik volkomen op U mag vertrouwen.
Dat mijn hart en de duivel en zijn leger mijn hart niet aan het wankelen maakt.
Maar dat ik alleen op U mag zien in geloof en vertrouwen, dat U Uw beloften waar maakt. Dank U, Heere, dat U dat nog steeds doet en dat U zelfs naar mijn gebed hoort en verhoort.
Dank U, Jezus Christus, dat U voor mijn zonden stierf, dat U opstond uit de dood. Dat U zelfs mij liefheeft. Ik dank U Heere, voor Uw liefde, die mij vervult met Uw Geest.
Zodat ik Uw weg mag gaan. En houdt mij maar vast Vader, want U weet hoe Uw kind is.
Dat vraag ik U om Jezus Christus wil. Amen.
Denkt u of jij dat er iets onmogelijk is voor God?
Dan kent u of jij God niet.
Hij is veel groter, heiliger, rechtvaardiger en genadig en zo vol liefde, dat we het niet kunnen bevatten.
Geef je hart en je leven maar in Zijn handen. Laat je maar kneden door Zijn handen.
Hij maakt je, dat je je verwonderen moet. Je bent Zijn gave. God zal je gebruiken dwars door onmogelijkheden heen. Verwacht het maar van Hem en zie in geloof op Jezus, de Zaligmaker, Die verloren zoekt en zalig maakt.